SLIMME HULPMIDDELEN ALS HELPENDE HAND

De zorgdruk wordt steeds zwaarder. Vergrijzing, personeelstekorten en complexere zorgvragen liggen hieraan ten grondslag. De roep om technologie die de zorgdruk verlicht, neemt toe. Peter Ruiter van HartingBank ziet dat de juiste hulpmiddelen en juist gebruik een bijdrage kunnen leveren in het voorkomen van verzuim door fysieke overbelasting.

Wie wel eens met een vol winkelwagentje door de supermarkt manoeuvreert, weet dat het vaak een kwestie is van flink trekken en duwen. In de zorg is het winkelwagentje vervangen door een tillift en de boodschappen door een cliënt in de tilband. Het gemiddelde gewicht is ook flink hoger. De combinatie van cliënt en manueel verrijdbare tillift weegt al snel 160 kilo. Eén verkeerde beweging en nek of rug krijgen het zwaar te verduren. Overbelasting of een blessure liggen op de loer. Peter Ruiter, productspecialist bij HartingBank kent de gevaren: “Uit testen met bijvoorbeeld een ergometer zien we dat zorgpersoneel flink belast wordt.”

Ouder en zwaarder

Om de zorgdruk te verminderen, werd een jaar of tien geleden de tillift met rijondersteuning geïntroduceerd, als modern alternatief voor de handmatig verrijdbare tillift. “Zie het een beetje als een e-bike. Je moet als zorgverlener echt nog wel wat doen, maar je krijgt flink wat hulp. Dat ontlast je lichaam enorm”, zegt Ruiter. In navolging op de slimme tillift vinden nu ook andere innovatieve hulpmiddelen – van elektrisch wentelsystemen tot automatische wisselligsystemen – hun weg naar de zorgorganisatie. “We moeten wel”, benadrukt Ruiter, “we kunnen gewoon niet meer zonder technologieën die het werk lichter en efficiënter maken.” Cliënten worden steeds ouder en hulpbehoevender. Ondertussen wordt het zorgpersoneel er niet jonger op. Ook zij vergrijst. Cliënten worden bovendien zwaarder. “Inmiddels is de tilband met de maat ‘extra large’ aan een opmars bezig”, weet Ruiter.

Ziekteverzuim verminderen

Volgens Ruiter past ‘zorgtech’ in een beleid om ziekteverzuim terug te dringen. “Zorgorganisaties melden zich steeds vaker voor advies hoe ze hun medewerkers gezond kunnen houden via de inzet van gespecialiseerde orghulpmiddelen.” De tillift met rijondersteuning is dan een van de slimme hulpmiddelen die ter sprake komen. “Veel zorgorganisaties sorteren nu al voor op een toekomst waarin de zorgdruk en daarmee de fysieke belasting toeneemt.” Door te investeren in de juiste zorghulpmiddelen neem je je personeel én toekomstige werknemers serieus. “Je laat aan nieuwkomers zien dat je als werkgever aandacht hebt voor hun fysieke belastbaarheid.”

Weerstand

Ondanks de voordelen merkt Ruiter soms nog weerstand bij de gebruikers van slimme hulpmiddelen, zoals van de tillift met rijondersteuning. “Zij vinden zo’n rijondersteuning onzin. Zoals we het doen gaat het prima, klinkt het dan. Maar feit is dat je lichaam flink meer belast.” En de cijfers liegen niet. Volgens de factsheet Fysieke arbeidsbelasting 2023 heeft liefst 60% (bron: NEA 2022, TNO/CBS) van de mensen die fysiek belastend werk doet, klachten aan het bewegingsapparaat.

Geïntegreerde weegunit

Ruiter laat zorgorganisaties meestal eerst kennismaken met een tillift met rijondersteuning via een proefplaatsing. Gaat een zorgorganisatie vervolgens over tot aanschaf, dan adviseert hij zorgorganisaties om manuele tilliften niet te combineren met tilliften met rijondersteuning en ze per afdeling te introduceren. “Juist als je gaat schakelen tussen twee systemen, ga je sneller de fout in met je houding.” Als extra functionaliteit zijn tilliften af-fabriek ook te bestellen met een geïntegreerde weegunit. “Je voorkomt een hoop extra handelingen en daarmee tijd en belasting ten opzichte van het wegen op een rolstoelplateau”, zegt Ruiter. Hij besluit: “Je ziet: de technologie om zorgpersoneel te ontlasten is er. Laten we het dan ook gebruiken.”

Tilliftenactie 2024

Profiteert tot 1 november van mooie aanbiedingen op tilliften met rijondersteuning van verschillende fabrikanten. Bekijk het actieaanbod op: hartingbank.nl/tilliftenactie

Zorgvisie

Deze publicatie is ook te lezen op Zorgvisie.nl en in het Zorgvisie Magazine.